MOTOREN
V-6 motor B280 E & F geleverd in de 780 hier afgebeeld zonder stuurbekrachtiging.
Verbeterde lichtmetalen V6: nu 14 pk méér.
V-6 motor B280 E&F motor geleverd in de 780 met stuurbekrachtiging.
Fabelachtige V6
De Volvo 780 beschikt over een 2,8 liter V6 motor, die een komplete transformatie onderging.
De motor is tegelijk soepeler, komfortabler, krachtiger en zuiniger geworden.
Deze vooruitgang is te danken aan de elektronische injektie met een debietmeter met verwarmde draad (LH-Jetronic),
de elektronische ontsteking die gestuurd wordt door een "chip" die gegevens ontvangt vanuit twee pingeldetektoren
(één per rij van drie cilinders) en last but not least aan de krukas in gesmeed staal met nieuwsoortige kruktappen.
Volvo's zescilinder wordt al sinds zijn ontstaan gekenmerkt door zijn lichtmetalen motorblok, waarvan de twee rijen
cilinders een V vormen met een hoek van 90 graden. Deze configuratie spaart plaats uit in de hoogte,
terwijl in het centrum van de V toch voldoende ruimte voorhanden blijft voor een geoptimaliseerd voedingssysteem.
De krukas met drie kruktappen en twee drijfstangen per kruktap spaart plaats uit in de lengte en maakt de motor lichter.
Een ontsteking per 60 graden krukasrotatie is evenwel niet ideaal om een zachte loop te bekomen, vooral in traagloop
en bij lage toerentallen. Op dit stuk was nog een aanzienlijke vooruitgang geboekt.
Deze vooruitgang hebben de Volvo-ingenieurs nu gerealiseerd. De krukas heeft nog steeds drie kruktappen,
maar elke tap is ontdubbeld in twee delen die 30 graden uit elkaar staan. Dank zij dit prachtige stuk gesmeed staal
wordt nu een cilinder ontstoken per 120 graden krukrotatie. Het resultaat: zacht en trilvrij optrekken vanuit zeer
lage toerentallen en een stabielere traagloop bij een lagere motorregime (wat dan weer het verbruik ten goede komt,
speciaal in het stadsverkeer).
Volvo's V6 werd bovendien uitgerust met een geheel verwerkt inlaat- en uitlaatsysteem. De kleppen hebben een grotere
diameter gekregen. Deze ingrepen maakten het mogelijk de kompressieverhouding, die 9,5:1 bedroeg, te verhogen tot
een optimale 10,0:1, terwijl nu zowel loodvrije als loodhoudende benzine kan worden getankt op voorwaarde dat het
oktaangehalte minimum 95 RON bedraagt. Het vermogen ging met 14 pk de hoogte in, zodat het nu 170 pk bij 5400 t/m
bedraagt. Het maximumkoppel is 240 Nm bij 4500 t/m.
16 kleppen B200 ET motor geleverd in de 780.
De D 24 voorloper van de Diesel 24 TIC niet geleverd in de 780.
Werkingsschema van de dieselmotor 24 Turbo Inter Cooler geleverd in de 780.
Turbo-diesel met Intercooler
De nieuwste aanwinst in Volvo's dieselgamma is de D24 TIC, een hoogpresterende versie van de D24T. Hij heeft een koelradiator
voor de inlaatlucht. Specialisten noemen dit een "intercooler". In deze vorm levert de krachtbron niet minder dan 90 kW
(122 Din/pk) bij 4800 t/m, een waarlijk verbazend cijfer voor een diesel.
Al even opmerkelijk is het koppel; 24,0 mkg bij 2400 t/m.
Deze hogere prestatie gaan absoluut niet ten koste van de bedrijfszekerheid. De nokkenas is gewijzigd. De cilinderkoppakking,
de zuigers, de kleppen, de zuigerveren en de zuigerstangen werden verstevigd. Het debiet van de olie, die de zuigers koelt,
is verhoogd. Het nieuw ingebouwde vliegwiel gaat beter samen met de robuuste koppelingsschijf.
Op het oliecircuit is een koelradiator gemonteerd. De olie vloeit eerst door een carter, dat voorzien is van een thermostaat.
Pas wanneer de motor zijn bedrijfstemperatuur heeft bereikt, gaat een klep open die de olie door de radiator laat stromen.
Op deze manier voorkomt Volvo dat de olie wordt afgekoeld op een moment dat de motor nog op temperatuur aan het komen is.
De drukvuller zelf is nagenoeg identiek aan die in de benzinemodellen. De drukregelaar - die een nieuw sortige, zgn.
"swing valve" overloopklep bedient - is speciaal gedimensioneerd om reeds bij geringe toerentallen een hoge overdruk
te produceren.
De hoogste druk (0,87 bar) wordt reeds bereikt bij ongeveer 2700 t/m.
Al bij ongeveer 2400 t/m ligt deze overdruk hoog. Vanaf dit toerental gaat de overloopklep open;
de overdruk daalt lichtjes wanneer de motor sneller draait. Het grote kenmerk van deze Volvo turbodiesel is dat hij al
bij geringe toerentallen een opmerkelijke overdruk levert.
Een kapitale rol speelt de inlaat-radiator. Hij is gemonteerd tussen de turbocompressor en de inlaatleiding.
De in de drukvuller samengeperste lucht is warm. De samengeperste luchtmolekulen botsen immers hevig tegen elkaar,
zodat er oververhitting optreedt. De temperatuur stijgt met zowat 100°C. De koelradiator neemt daarvan zo'n 75°C weg.
Die afkoeling vermindert het volume van die hoeveelheid lucht. Het eindresultaat is dat een grotere hoeveelheid
luchtdeeltjes hun weg vinden naar de verbrandingskamers. Hoe meer brandstofdeeltjes kunnen worden geïnjekteerd,
dus hoe meer brandstofmengsel wordt aangemaakt en hoe meer vermogen en hoe meer koppel worden geproduceerd.
Er kunnen dank zij de koelradiator meer brandstofdeeltjes worden geïnjekteerd voordat de rooklimiet wordt bereikt.
Op diverse wijzen wordt de motor behoed voor overbelasting en oververhitting. Wanneer er iets hapert aan de overloopklep,
wordt de hoeveelheid ingespotem brandstof elektrisch beperkt. Zo wordt overbelasting voorkomen. Het systeem omvat een
manometer (druksensor), een kalorstaat (temperatuursonde), een elektroklep en een waarschuwingslampje op het instrumentenbord.
Ook de temperatuur van de koelvloeistof wordt doorgegeven aan de elektroklep, zodat deze in werking treedt van zodra de
koelvloeistof te warm wordt.
Deze blik in het binnenste van Volvo's dieselmotoren toont aan hoe modern en desofistikeerd ze zijn.
Bij Volvo is een diesel een stuk spitstechniek, dat de vergelijking met de beste andere motoren met glans doorstaat.
text en foto's uit allerlei uitgaven