STOER STATEMENT een REISREPORTAGE |
Als je niet beter wist zou je denken oog in oog te staan met een Volvo-crashtestmodel uit de jaren zeventig. Nadat de crash had plaatsgehad welteverstaan en dat moet een stevige koprol geweest zijn. Geen wonder dat Amerikanen deze auto een warm hart toe droegen. Die hiel- den immers van customized auto's waarvan het dak was verlaagd. De lijnvoering heeft nog het meeste weg van een te heet gewassen pantser- wagen. Of van het cliché beeld van een uitsmijter: altijd boos kijkend, opgepomp gespierd en met zo'n rood aangelopen stierennek. de Bertone-badge op de flanken doet je dan ook twee - wat zeg ik, drie! - keer de wenkbrauwen fronsen. Je krijgt het nare vermoeden dat de arme Italiaanse meesterdesigner op de dag van het ont- werpen een migraineaanval van jewelste moet hebben gehad, maar dat is niet zo. Destijds haast- te elke werknemer van het beroemde ontwerp- bureau zich - van de koffiejongen tot Nuccio zelf - te benadrukken dat de firma Bertone alleen de assemblage voor zijn rekening nam omdat men nu eenmaal goed was in de bouw van kleine aan- |
|
tallen - er zijn maar 6600 stuks van de 262 C gebouwd. Maar no, no, no, signore, met de lijn- voering hebben wij niks te maken! Wat denk u wel?! Volvo-adepten spre- ken naar ik heb begrepen overigens liever over een "niet-alledaagse' of 'markante' lijnvoering. En daar is niks aan gelogen. Maar de Volvo 262 C een coupé noemen is natuurlijk je reinste flauwekul met zijn tankachtige voorkomen, al voldoet hij wel aan de definitie van twee portieren en twee- zitplaatsen-plus-een-achterbankje. Wat het dan wel is? Noem het een non-conformistische state- ment. dan zit je meer in de richting. Tollen op je stoel Bij het instappen moet je er goed rekening mee houden dat je je hoofd intrekt, anders knal je zomaar tegen de zevenhalve centimeter (!) ver- laagde dakrand en zit je nog een kwartier na te tollen op de fraaie bestuurderstoel. Ben je nog bij kennis, dan word je omarmd door een behaaglijk interieur dat de typische ontwerpmo- de van eind jaren zeventig uitademt, maar dan wel vermengd met een fikse dosis weelderige barok. Prachtig. De hele sfeer doet je verlangen naar een lange rit naar een ver oord, zodat je er lekker lang in |
kunt zitten. Het zwarte leder van de stoelen |
Zo veel mogelijk blik! Hoe dan ook, we zijn in ieder geval de komende vijf dagen veroordeeld tot deze werkplek. In Zweden interviewen we over een paar dagen Thomas Broberg, directielid van het Volvo safety Centre in Göteborg. En niet geheel toevallig trad juist bij de 240/260-serie-waar deze 262 C dankzij dezelfde bodemgroep weer een afgeleide van is - nadruk- kelijker dan tot dan toe het geval was, naar buiten met het feit dat Volvo's vooral heel veilig waren. Puh, safety doesn't sell!, riepen de Amerikanen toentertijd nog schamper over deze marketing- |
strategie. Inmiddels weten we wel beter. Met de kennis van nu dringt het trouwens ook tot me door dat die veiligheid vroeger bestond uit zo veel mogelijk blik! Oké, dat is niet helemaal waar. De auto heeft bijvoorbeeld een gescheiden remcircuit en bijzonder lijvige bumpers die volde- den aan de toenmalige strenge Amerikaanse vei- ligheidsnormen. Driepuntsgordels waren natuur- lijkvanzelfsprekend - Volvo had ze immers lang daarvoor zelf uitgevonden - en hele- maal nieuw op de 262 C was een knopje voor alarmverlichting! Op het gebied van passieve vei- ligheid had deze auto, net als de 240-serie, een |
bewust zwak punt in de stuurkolom, dat in geval |
den en zacht wuivende boomkruinen. De actie- radius van de 262 C is beperkter dan ik dacht; het ding drinkt meer dan een dorstige olifant Met de billen stevig bij elkaar genepen treffen we na wat gezoek in een lieflijk dorpje een tank- station. Dat had geen kilometer verder moeten zijn; de tank - daar gaat 60 liter in, weet ik nu - staat helemaal kurkdroog. Na afloop zou blijken dat we gemiddeld zo'n 1 op 8 hebben gereden. Aangenaam wiegend En zo roffelen we een uurtje of wat later over de prachtige brug van de E20 die Denemarken ver- bindt met het vasteland van Zweden. Het eerste deel van het traject bestaat trouwens uit een tun- nel, waarna je op een opgespoten eilandje mid- dien in zee uit water komt en de brug oprijdt. Komend vanuit Zweden is het nog vreemder: optisch bedrog zorgt er even voor dat het lijkt alsof de brug te kort is en je halverwege afdaalt in zee. Malmö is de eerste Zweedse stad die we tegen- komen, maar we besluiten nog een half uurtje door te rijden voor we een slaapplaats zoeken. We hou- den het nog wel even uit. Hoewel natuurlijk lang niet zo comfortabel als in een S40 of S50 is het comfortniveau in de 262 C hoog genoeg om een lange dag door te rijden. Het veercomfort valt onder de noemer 'aangenaamd wiegend', het geluidsniveau is goed te doen zolang je niet boven de 120 km/h komt en aan boord is een ver- frissende aircondioning. Verder laten de ramen zich elektrich bedienen, werken ook de spiegels en de antenne elektrisch en is er zelfs een micro- foon aan boord zodat je met hulp van een cas- settedeel van de autoradio (stereo!) briljante |
VOLVO 262 C hij geïntroduceerd op de Salon van Genève. Zijn uiterlijk was meteen aan veel kritiek onderhevigd. De 262 C is gebouwd in opdracht van toenmalig algemeen Volvo- directeur Pehr Gyllenhammer, die vond dat Volvo in het topsegment weer een serieu- ze auto moest hebben. Want de 1800 ES was weliswaar eeen fraaie auto, maar een opvolger was hard nodig. Hij gaf ontwer- per Jan Wilsgaard de opdracht iets bijzon- ders te bouwen. Wilsgaard toverde op basis van de Volvo 264 vervolgens de 262 C uit de hoge hoed. De feitelijke pro- ductie van de coupé kwam in handen van Bertone, dat gespecialiseerd was in de bouw van kleine aantallen. Aardig detail: directeur Gyllenhammer liet naar verluid voor zichzelf een 262 C rood spuiten en rood bekleden. Het is de enige, origineel rode 262 C ooit gebouwd. De 262 was te koop in de kleuren goud, goud met bruin dak, zilver,zilver met zwart dak, zwart en lichtblauw. Productie vond Plaats tussen 1977 en 1981. Er zijn ruim 6600 exemplaren gemaakt, waarvan het gros naar de Verenigde Staten ging. Tot 1980 hing de 2664 cm³ grote B27E zescilin- der motor erin. Daarna werd die vervangen door de grotere B28E (2849 cm³). De dak- lijn is 7,5 centimeter lager dan van een 264 en hij heeft uiteraard twee portieren in plaats van vier. |
HIER KOMT DE 262 C VANDAAN De 262 C waarmee autokampioen naar Zweden reist is afkomstig van de firma Tracks Promotions te Hilvarenbeek. Directeur/eigenaar Paul van Vugt heeft zo'n vijftig bijzondere Volvo's op voor- raad, waaronder veel klassiekers. Zo is de 262 C van de foto's te koop voor onge- veer 14.000 euro. In twee keurige hallen staan er diverse 262 C's, diverse 1800 coupés en een 1800 ES, Kattenruggen, Amazonons, een 780 en ga zo maar door. ook nieuwe types zijn te koop, al beperkt Van Vught zich dan in principe tot de meer bijzondere modellen als de C70 en de C70 Cabrio en dergelijke. Track Promotions is gevestigd aan de Van der Heijdestraat 7 te Hilvarenbeek, tel. 013-5046194 of 06-63253809. Be- zichtiging op afspraak. |
|||
ideeën op de memo kan kwakken. Als je |
's avonds van de uiterst bevallige uitbater van het grootste café van Landskrona, dat het dorp het jarenlang zonder politie heeft moeten doen. 'Het plaatselijke korps was failliet,' zo verklaarde ze, 'en criminelen hadden vrij spel. Landskrona was ver- geven met tuig.' Meteen vrees ik voor ernstige molest aan de 262 C, al zal een beetje hooligan waarschijnlijk in de veronderstelling zijn dat het dak al is ingeslagen door collega-tuig. Maar de goudkleurige Volvo staat de volgende ochtend gelukkig onbeschadigd en trouw als een labrador te wachten op het parkeerterreintje van het hotel. We besluiten een stuk binnendoor naar Göteborg te rijden. Handig voor de foto's en leuk om nader kennis te maken met de rijeigenschappen van deze merkwaardig gelijnde schicht. Tussen Halmstad en Varberg is de weg prachtig breed en rustig en loopt gedeeltelijk langs de kust. Heerlijk als je van autorijden houdt. Na een paar serieuze bochten wordt een boel duidelijk. De 262 C gaat het liefst zo lang mogelijk heel erg rechtdoor. Hij is zo onderstuurd als een winkelwagentje vol bak- stenen en heeft bovendien een gevoelloze onnauwkeurige tandheugelbesturing. Een beetje |
goed mikken en hopen dat het goed komt, meer |
topsnelheid van 179 km/h mogelijk. Niet bepaalt een straatracer dus en ik betwijfel of wij de elf seconden gehaald hebben, al past dit prestatieniveau ook wel weer bij zijn uiterlijk. Je brengt iedereen in verwarring als je met zo'n vierkant blok beton in acht seconden de honderd zou speren. Niemand die zijn ogen gelooft. De automaat is tijdens deze rit niet bepaald mijn dikste vriend geworden. Omdat er maar drie trap- pen zijn is de spatiëring tussen de verzetten levensgroot en als er dan eindelijk geschakeld wordt, gebeurt dat met een reuzenschok. Een handbak zou sowieso een stuk aangenamer geweest zijn, vooral als we voor de fotografie uit- eindelijk belanden op het prachtige schiereiland Orust - een half uur boven Göteborg - waar de heuvels en de steile brug naar het aanpalende eiland Tjörn eigenlijk net te steil zijn voor de drie- trapsautomaat. Bovendien zit de echte kracht van de motor tijdens deze klimmetjes boven de 4000 toeren en op dat soort momenten ben je wel heel erg nadrukkelijk onderweg met de 262 C, als u begrijpt wat ik bedoel. |
Vader Abraham Eenmaal in Göteborg - een van de hipste steden van Europa - blijkt de bijzondere auto een magi- sche aantrekkingskracht te hebben op jong volk. Ongewild zijn we plots ernstig hip geworden we worden nagestaard. Niet helemaal verwonderlijk, want ook in Zweden was de 262 C in zijn tijd een bij- zonderheid, als de mensen hem al kenden. Laat staan dat de jeugd van nu het ding herkent. Hoe bijzonder hij precies is? Wel, in Nederland waren er oorspronkelijk maar twee exemplaren door de Nederlandse importeur op kenteken gezet. En nu komt het: eentje ervan was van nie- mand minder dan... Vader Abraham |