Pagina 3:1 Inrijden |
Starten en rijden | In dit hoofdstuk wordt behandeld hetgeen met |
Een nieuwe auto moet worden "ingereden"Als uw auto nieuw is, adviseren wij u om tijdens de eerste 2000 kmrustig aan te doen en de mogelijkheden van de auto niet ten volle te gebruiken.Trap tijdens de eerste 2000 km bij terugschakelen het gaspedaal niet helemaal in ("kick-down"). |
Pagina 3:1 Inrijden en deze index Pagina 3:2 Belangrijke wenken Pagina 3:3 Remsysteem Pagina 3:4 Zuinig rijden Pagina 3:5 Rijden met een caravan (aanhanger) Pagina 3:6 Maatregelen voor de winter Pagina 3:7 Maatregelen voor lange reizen Pagina 3:8 Auto lang niet gebruiken Pagina 3:9 Schakelen met automatische versnellingsbak Pagina 3:10 Schakelen met automatische versnellingsbak Pagina 3:11 Schakelen met automatische versnellingsbak Pagina 3:12 Motor starten Pagina 3:13 Starten met startkabels Pagina 3:14 Slepen |
Pagina 3:2 Belangrijke wenken |
De lading en de plaats ervan
Uw auto heeft bij het opgegeven rijklaarge- |
namelijke een deel van de uitlaatgassen en dus ook giftige koolmonoxyde via de bagage- ruimte in de auto worden gezogen. Als u echter toch een stukje met open kof- ferdeksel moet rijden, moet u het volgende doen: installatie op en zet de aanjager op de hoogste snelheid 5. Vermijd oververhitting van
In ongustige gevallen bestaat er kans op |
Als u een imperiaal gebruiktdie goed op de auto kan worden vastgezet. Volvo-dealers hebben imperiaals die door de Volvo-fabriek zijn ontwikkeld. imperiaal goed vastzit. laden riaal worden verdeeld. Laad niet scheef! en de rij-eigenschappen van de auto ver- anderen, als de auto zwaar geladen wordt. wind vangt en dus het brandstofverbruik toeneemt, naarmate de lading groter is. vastzetten! leren, sterk afremmen en het nemen van scherpe bochten. deze niet meer nodig heeft; dan daalt de luchtweerstand en dus ook het brandstof verbruik.
|
Pagina 3:3 Remsysteem |
Als een remcircuit |
De rembekrachtiger werkt |
Als de remmen zeer zwaar | |
gaat het waarschuwingslampje branden Het rempedaal pakt iets lager en kan wat zachter dan normaal aanvoelen en u moet harder op het rempedaal trappen om de normale remwerking te krijgen! Een defect remcircuit blijkt dus niet uit een verhoogde pedaaldruk. Als het waarschuwingslampje gaat bran- den: Ga onmiddelijk stilstaan en contro- leer het peil in het remvloeistofreservoir (waar dit zit staat op pagina 7:4)! Als het peil in het gehele reservoir onder MIN ligt: rijd niet door, maar laat de auto voor controle en reparatie van de lekkage naar een werkplaats slepen! Als het peil in de ene helft van het reser- voir onder MIN ligt: rijd voor controle onmiddellijk voorzichtig met de auto naar een werkplaats. |
|||
Pagina 3:4 Zuinig rijden |
Zuinig rijden wil niet zeggen langzaam rijden! | Zuinig rijden wil zeggen anticiperend en soepel rijden en de rijstijl en de snelheid aan de bestaande situatie aanpassen. Denk hierbij aan het volgende: worden! Dat wil zeggen: laat de motor niet stationair lopen, maar ga zo snel mogelijk met geringe belasting rijden. Een koude motor verbruikt veel meer brandstof dan een warme en slijt bovendien sneller. de motor dan nooit warm kan worden. acceleren en sterk afremmen. autosnelwegen de snelheid een beetje. wegen schoon en droog geworden zijn. bruikt wordt. |
bak heeft, schakelt deze zichzelf de juiste versnelling in, maar vermijd een on- nodig gebruik van de "kick-down". |
Verder moet u natuurlijk de gehele auto en dan met name de motor in goede staat houden. Factoren die kunnen helpen om het brandstof- verbruik laag te houden zijn b.v.; olie verversen en oliefilter vervangen
|
Pagina 3:5 Rijden met een caravan (aanhanger) |
Dit moeten caravan-eigenaars lezen! | Uw Volvo-dealer weet welke trekhaken u kunt gebruiken. De door Volvo geconstrueerde trekhaken zijn voor uw auto op maat gemaakt en een Volvo-werkplaats kan deze aanbrengen. Denk eraaan, dat de bumpers van de auto energie absorberen en dat u geen trekhaken kunt gebruiken die aan de bumper moeten worden vastgezet! ling van de achtervering, zodat de achterasophanging onder het rijden, ongeacht de belasting, altijd de juiste hoogte heeft. De "Nivomat" werkt, als de auto rijdt. Bij een stilstaande auto met een zware lading in de bagageruimte of met een aangekoppelde caravan gaat de achterasophanging als gevolg van de belasting omlaag maar zodra u gaat rijden, pomp de "Nivomat" de achterasophanging weer tot de juiste hoogte omhoog. aanhanggewichten onder 1200 kg ca 50 kg en bij aanhanggewichten boven 1200 kg ca 70 kg is. Bij aanhanggewichten boven 1500 kg mag de bagageruimte niet voor lading gebruikt worden spanning: zie de bandenspanningstabel op pagina 4:4. in uitgeklapte toestand met de borgpen te borgen gende delen in; op deze manier voorkomt u onnodige slijtage. Smeer regelmatig de smeernippel voor de lagering van de inklapbare trekhaak. is! Wacht hiermee, totdat de auto tenminste 1000 km heeft gereden. |
de auto zwaarder dan normaal belast. Schakel naar een lagere versnelling terug en pas uw snelheid aan. voor belangrijke wenken. moet de olie vaker worden ververst ; zie pagina 7:11. afgeremde aanhangers: N.B! Onderstaande maximumgewichten en snelheidsgrenzen zijn door VOLVO CAR CORPORATION toegestaan. Denk eraan, dat nationale voertuigbepalingen de snelheden en aanhanggewichten nog verder kunnen beperken! - Maximaal 1500 kg - maximaal 80 km/uur - Maximaal 1600 kg - maximaal 70 kg/uur. De auto moet een extra oliekoeler voor de automatische versnellingsbak hebben, als deze nog niet aanwezig is. |
Pagina 3:6 Maatregelen voor de winter |
Als het koud begint te wordenAls u zelf uw auto wilt nakijken om in het koude jaargetijde onno-dige problemen te voorkomen, kunnen de volgende adviezen nuttig zijn: bevriezen, d.w.z., dat het glycolgehalte ca 50% is, overeenko- mende met ca 5 liter Volvo anti-vries Type C (blauwgroen). Zie voor verversen van koelvloeistof pag 7:8 deze zo vol mogelijk trachten te houden. lagere viscociteit (dunnere olie) wordt het koud starten van de motor verbeterd en tegelijkertijd daalt het brandstofverbruik tij- dens het warmworden. Voor gebruik in de winter worden, mits de temperatuurgrenzen van pag. 7:12 in acht worden genomen, 5W-30 oliën - en hiervan met name de synthetische - aangeraden. Let er goed op, dat de oliën aan de kwaliteitsnormen voldoen en niet bij hard rijden in een warm klimaat worden gebruikt. Zie verder pag 7:2 of neem contact met uw Volvo-werkplaats op. omdat verlichting, kachelaanjager, ruitewissers, e.d. meer worden gebruikt. Bovendien daalt de accucapaciteit met de tempe- ratuur. Een slecht geladen accu kan bij strenge koude stukvriezen. Controleer de ladingstoestand van de accu regelmatig en bespuit de accupolen met een roestwerend middel. ruite-/koplampsproeiers te voorkomen moet u het reservoir met een vorstbestendige vloeistof vullen. Dit is van belang, omdat er 's winters bij het rijden veel water en vuil op de voorruit en de koplampen komt waardoor de wissers en sproeiers vaak moeten worden gebruikt. lage temperatuur. Deze kunt u bij uw dealer kopen. N.B! Vermijd het gebruik van ijs-oplossende spray', omdat hier- door de sloten slechter gaan werken. |
Automatisch sperdifferentieelHet sperdifferentieel wordt bij snelheden boven 5 km/uur automatischingeschakeld, als een van de aangedreven wielen doordraait, en bij snelheden boven 40 km/uur uitgeschakeld. Het sperdifferieeel zorgt voor een betere trekkrachtverdeling over de aangedreven wielen op een glad en slipperig wegdek; het wisselt snel tussen de aangedreven wielen - afhankelijk van de ondergrond - ook bij achteruitrijden. |
Pagina 3:7 Lange reizen |
Voorzorgsmaatregelen voor lange reizenAls u met de auto een lange reis wilt gaan maken, moet u de auto ineen Volvo-werkplaats helemaal laten controleren. Het is altijd goed om tijdig voor de reis een set van de meest nood- zakelijke service-onderdelen: gloeilampen, zekeringen, V-riemen, wisserbladen aan te schaffen. Als u zelf de auto wilt nakijken, adviseren wij het volgende: is van olie, koelvloeistof of brandstof. vervangen onbetrouwbare banden. aanwezig is. moet u het deel van het koplampglas dat asymmetrisch dimlicht geeft met zwart tape afplakken. Anders wordt het tegemoet- komende verkeer verblind. loodvrije benzine moeilijk te krijgen is, kan de motor enigszins worden aangepast. bespreek dit met uw Volvo-werkplaats. |
Pagina 3:8 Lange tijd niet gebruiken |
Hier zijn adviezen, als de auto een tijd niet
|
Pagina 3:9 Automatische versnellingsbak |
|
R AchteruitrijdenDe auto moet stil staan, als u stand Rkiest! N Neutrale standStand N is de neutrale stand, d.w.z. datgeen versnelling ingeschakeld is. Trek de parkeerrem aan, als de auto met de keuzehandel in stand N stilstaat. D RijstandD is de normle rijstand. Het op- en terug-schakelen tussen alle versnellingen van de versnellingsbak geschiedt automatisch, af,- hankelijk van het gasgeven en de snelheid. |
2 Lage versnellingHet op- en terugschakelen tussen de 1e en 2eversnelling gaat automatsch. N.B! Opschakelen uit de 2e versnelling gebeurt niet. Stand 2 kunt u gebruiken.... 1 Lage versnellingAls u bij hoge snelheid stand 1 kiest, wordtde 2e versnelling ingeschakeld. Pas als de snelheid tot ca 50 km/uur gedaald is, wordt de 1e versnelling ingeschakeld. N.B! Opschakelen uit de 1e versnelling gebeurt niet! Kies stand 1, als u in de 1e versnelling wilt rijden en niet wilt opschakelen zoals b.v. bij rijden in bergterrein, waarbij in stand 1 het sterkste op de motor wordt afgeremd. |
Keuzehendelstanden
Kies deze stand , als u de auto parkeert.Laat de auto nooit met lopende motor achter! Als iemand per ongeluk de keuzehendel uit stand P brengt, kan de auto namelijk gaan rijden. De auto moet stilstaan, als u stand P kiest! In stand P is de versnellingsbak mechanisch vergrendeld. Trek bij parkerern op een hel- ling toch de parkeerrem aan! |
Pagina 3:10 Automatische versnellingsbak |
gaat de versnellingsbak in de 3e versnelling als hoogste versnelling. Als u nogmaals op de knop drukt, wordt de 4e versnelling weer ingescha- keld - het lampje gaat uit. Schakel de 4e versnelling uit, d.w.z. rijd met een brandend lampje b.v ... hanger terugschakelen. Probeer echter bij andere rij-omstandigheden zo veel mogelijk in de 4e versnelling te rijden om zo min mogelijk brandstof te gebruiken. |
Blokkeerinrichting
De keuzehendel kan altijd moeiteloos tussen de |
Uitschakelen 4e versnellingMet de drukknop aan de zijkant van de keuze-hendelknop kunt u de 4e versnelling uit- en in- schakelen. Bij uitschakelen van de 4e versnel- ling - het controlelampje gaat branden - Denk aan het volgende!en U stand D, 3, 2, 1 of R wilt kiezen rijden stand 2 of 1 te mogen kiezen. |
Pagina 3:11 Automatische versnellingsbak |
"Kick-down"Als u het gaspedaal helemaal - voorbij denormale gasstand - intrapt, wordt onmid- dellijk automatisch naar een lagere versnel- ling teruggeschakeld ("kick-down" - terug- schakeling). Als u de maximumsnelheid voor deze versnelling bereikt of als u het gas- pedaal iets uit de "kick-down"-stand los- laat, wordt automatisch opgeschakeld. De "kick-down"moet u gebruiken, als u maximaal wilt accelereren, b.v bij inhalen. Denk erom, dat de versnellingsbak pas naar de 4e versnelling opschakelt, als u het gas- pedaal uit de "kick-down"-stand loslaat! De versnellingsbak is uitgerust met een terug- schakelvergrendeling Bij snelheden boven 160 km/uur heeft dus geen terugschakelen (kick-down) plaats. |
Starten en stilstaan met een
1 Zet de keuzehendel in stand P of N. De |
Speciale wenken voor het
|
Pagina 3:12 Motor starten |
Zo moet u de motor starten:1 Trek de parkeerrem (handrem) aan.2 Zet de keuzehendel in stand N of P. 3 Raak het gaspedaal niet aan! 4 Draai de startsleutel in de startstand. Laat de startmotor werken, totdat de motor aan- geslagen is, maar niet langer dan 15-20 seconden. Telkens kort starten is niet toegestaan! Telkens als de startmotor wordt ingescha- keld, wordt er wat benzine in de motor ge- spoten. Laat de motor na koud starten niet onmiddellijk razen! Als de motor overslaat of niet aanslaat, moet u naar de dichtstbijzijnde Volvo-werkplaats gaan! |
Laat de motor zo snel mogelijk
Uit ervaring is gebleken, dat motoren van |
|
Pagina 3:13 Starten met startkabels |
WAARSCHUWING!Denk eraan, dat accu's, met name de hulp-accu, knalgas bevatten dat zeer explo- sief is. Een vonk die bij verkeerd aansluiten van de startkabels kan ont- staan, is al voldoende om de accu te laten exploderen en persoonlijk letsel en materiele schade toe te brengen. De elektrolyt van de accu bevat het zeer agressieve zwavelzuur! Als dit sterk bijtende zuur in aanraking komt met uw huid, ogen of kleren, moet u onmiddellijk rijkelijk met water afspoelen. Ga naar een dokter als u spatten in uw ogen gekregen heeft! |
Zo moet u met de startkabels startenAls de accu van uw auto ontladen is, kunt u om de motor aan de gangte krijgen stroom "lenen" van een losse accu of van de accu van een andere auto. Controleer altijd of de klemmem goed vastzitten, zodat er bij de startpogingen geen vonken ontstaan. Om explosiegevaar te voorkomen adviseren wij het onderstaande nauwkeurig op te volgen: afgezet en worden gecontroleerd of de auto's elkaar niet raken. deze zijn met rood, P of + gemerkt. hulpaccu; deze is met blauw, N of - gemerkt |
massa- die op een afstand van de accu ligt; b.v. een hijsoog van de motor. Laat de motor een paar minuten met een hoger toerental dan normaal, 1500 omw/min, lopen. N.B! Raak tijdens de startpogingen de aansluitingen niet aan (kans op vonkvorming) en sta niet over een van de accu's gebogen! |
Pagina 3:14 Slepen |
Als u moet worden gesleept, moet u aan het volgende denken!U moet dan ongeveer vier maal harder trappen en het sturen gaat aanzienlijk zwaarder dan normaal. Speciaal voor een automatische versnellingsbakoliepeil moet juist zijn. is 30 km. |
Motor door aanslepen startenN.B! Auto's met een automatische versnel- lingsbak mogen niet worden aangesleept! Als de accu ontladen is, moet een hulpaccu worden gebruikt. |